Beoordelingskader professionele ontwikkeling

Het beleid zoals op deze pagina beschreven geldt voor studenten die tot en met het voorjaar 2019 bij FICT gestart zijn met een opleiding. Voor wie vanaf het najaar 2019 gestart is met een bachelor of Associate degree bij FICT geldt het beleid van deze pagina.

Samenvatting
Beschreven wordt de wijze waarop professionele ontwikkeling wordt beoordeeld en tevens de prestatie indicatoren.

1. Beoordeling

Tabel 1 laat een voorbeeld zien van een beoordelingsformulier voor professionele ontwikkeling.

Tabel 1
Het beoordelingsformulier voor professionele ontwikkeling per beoordelingsdimensie en te kwalificeren beoordelingsniveau.
Beoordelingsdimensie U S G O Feedback
1 Oordeelsvorming
2 Communicatie
3 Leervaardigheden
Opmerking. De verklaring van de letters: U=unsatisfactory. S=satisfactory. G=good. O=outstanding.

Professionele ontwikkeling is onderdeel van de integrale beoordeling, d.w.z. inclusief de inhoud. Eerst wordt iedere beoordelingsdimensie beoordeeld aan de hand van de criteria. Er een paragraaf per beoordelingsdimensie. Hierin is een korte beschrijving van de beoordelingsdimensie opgenomen. Deze beschrijving komt rechtstreeks van de NVAO (bron: NVAO, Dublin Descriptoren, geraadpleegd op 6 juli 2016). Wat hieraan is toegevoegd of aangepast is, is onderstreept. Na deze beschrijving volgt dan een opsomming van vereiste criteria. Per beoordelingsdimensie wordt een beoordeling gegeven op de beoordelingsniveaus unsatisfactory, satisfactory, good of outstanding, respectievelijk aangeduid met U,S,G of O. De criteria worden niet becijferd noch gewogen. Er is aan voldaan of niet. Om te kunnen vaststellen of in een bepaalde onderwijsuitvoeringscontext aan een criterium is voldaan of niet, dient het criterium te worden geoperationaliseerd. Operationaliseren betekent dat voor beoordelaars concreet gemaakt wordt hoe de hier geformuleerde criteria in het eigen onderwijs gehanteerd worden. Toepassing van de beoordelingsniveaus op een beoordelingsdimensie is als volgt:

  • O: Aan alle vereiste criteria is voldaan en meer dan dat;
  • G: Aan alle vereiste criteria is voldaan;
  • S: Niet aan alle vereiste criteria is voldaan;
  • U: Aan geen van de vereiste criteria is voldaan.

De student wordt beoordeeld op basis van de criteria. Dit is afhankelijk van de studiefase. De criteria zijn daarom per beoordelingsdimensie ingedeeld naar niveau propedeuse-, kern- en eindfase. De criteria van de propedeuse- zijn in de propedeuse-, maar ook in de kern- en eindfase van toepassing. De criteria van de kernfase zijn ook in de eindfase van toepassing. De criteria zijn beschreven voor beoordelingsniveau G. Zeker indien de beoordeling afwijkt van G wordt naast de beoordeling ook aanvullende feedback gegeven. Die feedback is afgeleid van de vereiste criteria. De feedback is afhankelijk van de beoordeling van de beoordelingsdimensie: Bij O: Benoem de zaken die boven criteria voor G uitgaan; Bij S: Benoem de criteria waarop verbetering nodig is om tot G te komen; Bij U: Benoem de belangrijkste criteria waarop verbetering nodig is om tot S te komen.

2. Beoordelingsdimensies

2.1 Oordeelsvorming

Student is in staat om relevante gegevens te verzamelen en interpreteren (meestal op het vakgebied) met het doel een oordeel te vormen dat mede gebaseerd is op het afwegen van relevante sociaal-maatschappelijke, internationale, wetenschappelijke en ethische aspecten en demonstreert daarmee een onderzoekende houding.

Criteria propedeuse

  1. Laat voor specifieke vragen zien dat informatie gezocht en geselecteerd wordt om tot een antwoord en/of conclusie te komen;
  2. Toont, bij het uitvoeren van een opdracht, aan onderzoeksstrategieën en technieken te herkennen en benoemen ter verantwoording.

Criteria kernfase

  1. Formuleert juiste onderzoeksvragen en deelvragen;
  2. Hanteert de juiste onderzoeksstrategieën en technieken op correcte wijze;
  3. Verantwoordt eigen werk methodisch en inhoudelijk met de onderzoekscyclus en op grond van aantoonbaar valide en betrouwbare informatie.

Criteria eindfase

  1. Stelt vanuit een ongestructureerd praktijkprobleem juiste onderzoeksvragen en deelvragen op, in alle fasen van methodisch werken;
  2. Selecteert zelfstandig onderzoeksmethoden, voert deze uit en verantwoordt dit met verwijzing naar de onderzoeksstrategieën en kan degelijkheid van zijn onderzoek aantonen;
  3. Betrekt sociaal maatschappelijke, internationale, wetenschappelijke en ethische aspecten bij oordeelsvorming.

2.2 Communicatie

Student is in staat om informatie, ideeën en oplossingen over te brengen op een publiek bestaande uit specialisten of niet-specialisten, kan samenwerken en demonstreert een (inter)cultureel bewustzijn.

Criteria propedeuse

  1. Rapporteert schriftelijk correct over een opdracht uitgevoerd binnen de hogeschool;
  2. Presenteert duidelijk en overtuigend over een opdracht uitgevoerd binnen de hogeschool;
  3. Werkt doelmatig samen met medestudenten binnen de hogeschool.

Criteria kernfase

  1. Rapporteert mondeling en schriftelijk over een praktijkgerichte opdracht, drukt zich daarbij uit in een duidelijke, gestructureerde tekst en zet zijn standpunten uiteen;
  2. Werkt doelmatig samen met medestudenten, docenten en professionals in een bedrijf of instelling.

Criteria eindfase

  1. Verantwoordt en verdedigt de uitvoering van een omvangrijke professionele opdracht uitgevoerd in een realistische context zowel mondeling als schriftelijk en past daarbij de schrijfstijl aan de beoogde doelgroep aan in de Nederlandse of Engelse taal;
  2. Werkt bij de zelfstandige uitvoering van een professionele opdracht doelmatig samen;
  3. Werkt in een internationale of interculturele omgeving functioneel samen, binnen en/of buiten de hogeschool.

2.3 Leervaardigheden

Student bezit de leervaardigheden die noodzakelijk zijn om een vervolgstudie die een hoog niveau van autonomie veronderstelt aan te gaan en is ondernemend.

Criteria propedeuse

  1. Blikt terug, kijkt vooruit en beschrijft zijn professionele talenten en ontwikkelingsambities in relatie tot de ICT-opleiding;
  2. Staat open voor feedback op het eigen functioneren in de opleiding;
  3. Neemt initiatieven en werkt resultaatgericht aan een groepsopdracht binnen de school.

Criteria kernfase

  1. Beschrijft zijn professionele talenten en ontwikkelingsambities in relatie tot het ICT- vakgebied;
  2. Betrekt zelfreflectie en ontvangen feedback op het eigen functioneren in het ICT- vakgebied;
  3. Neemt initiatieven, stelt zich onafhankelijk op en werkt zelfstandig en resultaatgericht aan een toebedeelde taak buiten de hogeschool.

Criteria eindfase

  1. Beschrijft zijn professionele talenten en ontwikkelingsambities in relatie tot het ICT-beroep;
  2. Betrekt zelfreflectie en ontvangen feedback op het eigen functioneren in het ICT- beroep;
  3. Neemt initiatieven, stelt zich onafhankelijk op en werkt zelfstandig en resultaatgericht aan een professionele opdracht buiten school.