Dit is een oude revisie van het document!
Inhoud
Onderwijsprogramma en eindkwalificaties
Samenvatting
De relatie tussen het onderwijsprogramma (uitgesplitst in inhoudelijke vakbekwaamheid en professionaliteit) en de eindkwalificaties wordt geduid. De verbinding met de Dublin descriptoren wordt geduid.
Eindkwalificaties
De eindkwalificaties van de opleiding worden gedefinieerd in de OER en zijn afgeleid van de vijf Dublin descriptoren:
- Kennis en inzicht
- Toepassen kennis en inzicht
- Oordeelsvorming
- Communicatie
- Leervaardigheden
Het vakgebied ICT verbreedt en ontwikkelt zich erg snel zodat er veel specialisaties ontstaan zijn. FHICT speelt daarop in door verschillende afstudeerrichtingen aan te bieden. De inhoudelijke eisen verschillen per afstudeerrichting. De eisen die aan een ICT professional worden gesteld - anders dan inhoudelijk vakbekwaam- veranderen minder.
Zo komen we tot een tweedeling in de descriptoren:
- De eerste twee descriptoren (kennis en inzicht en het toepassen daarvan) betreffen de inhoudelijke vakbekwaamheid.
- De overige drie descriptoren (oordeelsvorming, communicatie en leervaardigheden) betreffen – afgezien van inhoudelijke vakbekwaamheid- de verdere professionaliteit.
Uitwerking inhoudelijke vakbekwaamheid
De uitwerking met betrekking tot de inhoudelijke vakbekwaamheid vindt plaats via het model zoals beschreven in de HBO-I domeinbeschrijving Bachelor of ICT. Het HBO-I is een stichting waarbij alle door de overheid bekostigde bachelor opleidingen in de ICT zijn aangesloten. In dit model worden drie dimensies gedefinieerd:
- Activiteiten (analyse, advies, ontwerp, realisatie en beheer)
- Architectuurlagen (gebruikersinteractie, bedrijfsprocessen, software, infrastructuur en hardware interfacing)
- Beheersingsniveaus (1, 2 en 3)
Voor elke activiteit in elke architectuurlaag zijn prestatie-indicatoren beschreven voor elk van de drie niveaus. Iedere afstudeerrichting van een opleiding wordt gedefinieerd met een profiel dat hieraan refereert. In zo’n profiel is vastgelegd met welke activiteiten uit de verschillende architectuurlagen en op een specifiek beheersingsniveau de eindkwalificaties van een afstudeerrichting bepaald worden. Dit profiel is vastgelegd in het focusdocument voor de betreffende afstudeerrichting. Het focusdocument is afgestemd met de bij die afstudeerrichting horende Werkveld Advies Commissie (WAC). Van dit profiel wordt afgeleid welke prestatie-indicatoren bij welke onderwijseenheden aan de orde zijn. De eindkwalificaties betreffen het gedeelte van de prestatie-indicatoren op het hoogst aangeboden beheersingsniveau. Dit is het minste wat een student moet aantonen.
Uitwerking professionaliteit
De uitwerking met betrekking tot de professionaliteit vindt eveneens plaats via het model zoals beschreven in de HBO-I domeinbeschrijving Bachelor of ICT. Dit is gedaan door op drie beheersingsniveaus prestatie-indicatoren te definiëren voor de laatste drie Dublin descriptoren zoals beschreven in het beoordelingskader professionele ontwikkeling en door aan te geven welke prestatie-indicatoren bij welke onderwijseenheden aan de orde zijn. De eindkwalificaties betreffen het gedeelte van de prestatie-indicatoren op het beheersingsniveau van de eindfase. Dit is het minste wat een student moet aantonen.